zondag 26 juni 2016

Angst voor honden

Als kind had ik een panische angst voor honden. Het maakte niet uit of ze groot of klein, dik of dun waren. Of het nu een goedige labrador of een vraatzuchtige pitbull was, voor mij betekende elke hond code rood. Reusachtig gevaar! Vluchten!
Zo hard mogelijk weglopen was mijn strategie. De hond rende dan vrolijk blaffend achter me aan. In mijn oren klonk het als een kwaadaardige strijdkreet. Dat sterkte mij weer in de overtuiging dat elke hond gevaarlijk was.

Ik dacht lang dat mijn hondenangst iets genetisch was. Ook mijn moeder had dezelfde angst. Zelfs honden aan een leiband vertrouwde ze niet. Meestal riep ze al van ver naar de eigenaar dat hij zijn dier goed moest vasthouden...

Ik leerde CeT kennen. Hij had geen schrik. Op onze vele wandelingen kon hij me ‘beschermen’. Maar mijn angst verminderde niet echt.

Ik vond mezelf af en toe belachelijk. Nog nooit had een hond me gebeten. Die angst was dus niet gegrond. En toch, het was sterker dan mezelf… Ooit schafte ik me zelfs zo’n apparaatje aan dat een hele scherpe hoge toon uitzendt. Het zou honden afschrikken. Ik had het altijd bij me als ik ging wandelen. Voor het geval een hond me zou aanvallen… Het gaf me vertrouwen, ik voelde me er stoerder door,  maar ik heb het uiteraard nooit gebruikt.
Misschien ook wel een beetje omdat een hondenkenner me had gezegd dat dit apparaatje ook wel eens omgekeerd zou kunnen werken en net een hond agressief kon maken.

Ik had me er al bij neergelegd. 
Mijn wandelingen zouden altijd hetzelfde blijven. Ik zou altijd alert zijn. Ik zou onder het wandelen altijd goed blijven luisteren of ik niet een boos gegrom of geblaf hoorde. Op wandel in een afgelegen gebied zou ik zeker nooit langs een boerderij kunnen komen want daar zou misschien wel een bloeddorstig beest zitten. Klaar om me aan flarden te scheuren…


En toen …  kwam Ringo in mijn leven. 
Ringo  is de hond van onze buren. Tien jaar geleden kwam hij als puppy bij hen. Buurman ging trouw met hem naar de hondenschool. Ringo is een bordercollie en een schat van een hond. En ja, hij is erin geslaagd me van mijn angst voor honden af te helpen. Als ik de tuin inkom, staat hij paraat aan de andere kant van de haag. Hij blaft heel kort en weet dat ik dan even bij hem zal komen. Dan wil hij spelen. Om ter snelst de tuin doorlopen bvb. Hij in zijn tuin, ik in de mijne. Nee, ik heb nog nooit van hem gewonnen. Maar hij vindt het super. Of met een tennisballetje spelen. Ik gooi, hij tracht te vangen én het balletje weer netjes over de scheidingsdraad te mikken. 

Mijn hondenangst is gesmolten als sneeuw voor de zon. Vraag me niet hoe hij het deed. Misschien omdat hij me nooit agressief in de ogen kijkt. Hij kijkt me eigenlijk gewoon nooit in de ogen. Hij springt nooit tegen me op. Bedelt zelfs niet om geaaid te worden. Nee, hij wil enkel maar spelen. Als ik in de tuin werk op een plekje waar hij me kan zien, dan komt hij naast de scheidingsdraad liggen en volgt nauwgezet al mijn handelingen. Hij houdt me gewoon rustig in het oog in de hoop dat ik met hem zal willen spelen.

En ik ... ik geniet van Ringo.
Als de buren een weekendje weg zijn, zorg ik nu soms voor hem. Ja hoor, helemaal zonder angst. Ik vertrouw hem volkomen. 
Zo zie je maar: ‘t kan verkeren….

En mijn wandelingen? Ik vind ondertussen bijna elke hond sympathiek. Alleen loslopende Duitse herders aan afgelegen boerderijen. Daar loop ik nog in een kringetje omheen. Misschien omdat die me doen denken aan de wolf van Roodkapje?


vrijdag 24 juni 2016

Leutig merelconcert

Wat ik vandaag leutig vind?

Opstaan na een nacht vol hevig onweer.
De tuin is verzopen.
De bloemen en planten staan er kleddernat bij.
De zon is angstig weg gekropen.

Maar boven op onze schoorsteen zingt onze merel.

Ja, ik noem hem 'onze' merel, want hij zit daar al sinds wij hier wonen.
Natuurlijk zal het wel niet al die jaren hetzelfde beestje zijn.
Zo oud worden merels niet.
Van zodra de lente in het land is tot in de vroege zomer hebben wij dagelijks
verschillende 'merelconcerten' van op het dak of uit een hoge boom.
Merelman tracht hiermee wellicht een leuk vrouwtje te lokken.

Ik geniet stiekem mee van zijn concert.

Wat is er heerlijker dan opstaan met zo'n vrolijk deuntje.
Ik word er helemaal blij van.

Heb je al eens naar zo'n merelgezang geluisterd?
Ze zingen nooit hetzelfde liedje.
Nee, het is altijd een volledig concert.

Hoe leutig is dat!



zondag 19 juni 2016

Djuzemienen

Een struik met een verhaal.
We hadden een paar seringenstruiken in de tuin van mijn jeugd.
De ‘djuzemienen’ in het dialect van mijn geboortestreek.
Ook de buren hadden een 'djuzemienenboom'.
Buurjongen Philippe klom er vaak in.
Dan kon hij net over de scheidingsmuur in onze tuin kijken.
Hij keek of hij iemand in onze tuin zag.
Als ik buiten was, mocht hij bij ons komen spelen.

We groeiden op.
Ik ging studeren in een andere stad.
In het weekend kwam ik thuis.
Op zondagavond vertrok ik weer met pak en zak.
Ik hield van de geur van djuzemienen.
Mijn vader wist dat.
Als de seringen bloeiden, lag er op zondagavond een tuiltje voor mij klaar.
Vers geknipt, speciaal voor mij.
Om mee te nemen, naar mijn ‘kot’.
De geur is sindsdien een beetje verweven met naderende examens...
én met mijn vader.

Jaren later…
… ik was al lang volwassen en het huis uit.
De seringenstruik van de buren maakte nieuwe scheuten.
Maar struiken trekken zich niets aan van scheidingsmuren.
De scheut groeide vrolijk  de tuin van mijn ouders in.

En kijk, CeT en ik hadden net een huis gebouwd.
Geld voor dure tuinplanten hadden we niet.
'Opa' trok met een spade zijn tuin in.
De volgende dag opende hij zijn autokoffer op onze oprit.
Hij haalde er een schat van struikjes, scheuten en plantjes uit.
Ook de scheut van de seringenstruik.
Zorgvuldig werd alles in onze gloednieuwe tuin uitgeplant.

Bijna 30 jaar later groeit en bloeit de struik nog steeds in onze tuin.
Elke lente weer vergast hij ons op zijn bedwelmende geur.
Die voert me terug naar de tuin van mijn jeugd…


vrijdag 17 juni 2016

Leutige verhalenavond

Op leutige vrijdag, geniet ik na van een heerlijke avond vol verhalen.

Gisterenavond waren alle voorlezers van de bib uitgenodigd op een bijzondere locatie.
Een oud waterslot midden in de bossen.

We zouden er opgewacht worden door een verteller-troubadour.
Het regende pijpenstelen...
De vertel-wandeling door de bossen zou 3 uur duren.
We trokken op weg met parpalu's, regenjassen, stapschoenen of bottekes.
Al na 10 minuten waren we doornat.
Maar we hebben enorm genoten!
Lennaert Maes is een heel goede verteller
en gitaarspelen kan ook onder een grote paraplu.

En net omwille van de regen was de sfeer in de bossen heel  mysterieus.
De sagen uit Vlaams Brabant zijn dat ook.
Lennaert vertelde en wij ...
zagen Kludde uit de bossen springen,
leerden de heksenspreuk,
doken de Blauwe Schuur in,
zochten naar de Alvermannetjes ...

en eindigden uiteindelijk aan het kasteel in een waterig zonnetje.


Natuurlijk kocht ik achteraf de CD met liedjes van de nacht.
Nog helemaal in de ban  van de verhalen reed ik naar huis.
Over de velden hingen grote slierten  nevel.

Zag ik daar niet de koets van Rode door de lucht flitsen?

Jawel, die koets kan je daar op nevelige avonden ontmoeten.
Vele eeuwen geleden woonde immers een baron in het waterkasteel.
De man was gehuwd met een veel jongere vrouw.
En zoals dat nogal eens voorkomt met oudere mannen die een prachtig jong blaadje huwen, was de man enorm jaloers.
Zijn vrouw mocht nooit alleen weg en zeker geen mannelijk bezoek hebben.
Buiten de baron mocht er slechts één man in haar nabijheid: de kapelaan.
En na verloop van tijd werd de baron zelfs jaloers op die kapelaan.
Op een mooie dag reden baron, barones én kapelaan in de koets door het dorp.
Er was net een huwelijksfeest aan de gang.

De bruid herkende de mensen van het kasteel en gooide haar bruidsboeket naar de barones.
Het boeket kwam echter terecht op de knieën van de kapelaan.

Die gaf het dan weer eerbiedig aan de barones.
Maar ... de baron zag hierin een teken van overspel tussen die twee.
Hij trok zijn dolk en vermoordde de kapelaan.
De barones, aangegrepen door het zien van de moord, stierf enkele weken later.
De baron vereenzaamde en net voor zijn dood werd hij opgehaald door de duivel met een snelrijdende koets.
Sinds die dag kan je op nevelige nachten de koets door de lucht zien klieven.




dinsdag 7 juni 2016

Kippekes

Jaren geleden...
Op een mooie dag gingen we naar de zondagsmarkt.De kinderen mochten er drie jonge kippekes uitkiezen. Er werd gekeurd, getwijfeld, gekozen. Tegen de middag kwamen we met 3 prachtexemplaren thuis.

Van tevoren had ik alles uitgekiend. Ik had boeken gelezen, het internet afgezocht. Drie kippen. Dat was voor ons het juiste aantal. Ze zouden ons gezin van net genoeg verse eitjes voorzien. Ze zouden onze keukenrestjes op smullen. En vooral: ze zouden een deel van onze tuin onkruidvrij houden. (ik ontdekte pas achteraf dat kippen jammer genoeg geen netels eten)

Sinds die dag hebben we achteraan in de tuin een kippenren met een kippenhok. Af en toe moesten we wel eens een kippetje vervangen. Eentje ging dood door overvoeding (beweerde de dierenarts). Ik leerde dat kippen altijd om eten bedelen, ook al hebben ze hun buikjes lekker vol. Eentje ging dood op haar nest. Eentje kreeg bronchitis. Tot grote hilariteit van alle aanwezigen zat ik in de wachtzaal van de dierenarts met deze kip in een draagmand. Tja, ik woon op het platteland. Hier is het echt niet de gewoonte om met een ordinaire kip een dure dierenarts te bezoeken. Maar de goede man gaf me korting .. en ja, ik weet het, ik betaalde nog steeds het driedubbele van de aankoopprijs van mijn kip. En ik moest ook nog antibiotica kopen. Maar de kip overleefde het en ik kon een ziek dier toch niet laten lijden...

Drie jaar geleden kocht ik drie nieuwe kippen: een witte,een zwarte en een bruine. Het bruintje was een heel braaf, mak beestje. Maar de 2 anderen? O wee! Die sliepen in een boom, vlogen vrolijk rond (ook nadat we ze geknipt hadden), pikten mijn net gezaaide bloemetjes op, ... Kortom, twee loeders!
Deze winter sloeg het noodlot toe. De witte kip werd doodgebeten door ...??? Een vos? Een steenmarter? Enkele weken later 
verdween de zwarte kip spoorloos. Ik zocht overal. Tot mijn buurman 2 weken geleden haar uitgedroogde karkas onder één van zijn struiken vond. De hond van de buren kijkt me nochtans nog steeds heel vriendelijk en onschuldig aan ...
En de bruine kip... die bleef de hele winter alleen achter.

Enkele weken geleden bestelde ik nieuwe vriendinnetjes voor haar. Bruintjes. Ha ja, ik had toch zelf ondervonden hoe mak een bruine kip is.
Mak? Mak?? Ze vliegen allebei vrolijk over het poortje van hun ren! En ja, ze zijn geknipt! Ze beschouwen onze hele tuin als hun territorium. En onze oude bruine kip? Die kan nog steeds niet vliegen en blijft verweesd alleen achter in de ren. Maar als ik thuis ben, mag ze ook naar buiten. Dan kan ze rondhuppelen met haar vriendinnetjes. En nee, mak zijn die twee nog steeds niet. Maar wel ongelooflijk tam!
Deze morgen begon ik aan een saaie klus. Het terras moest gras- en mosvrij worden. En kijk, terwijl ik geknield druk bezig was, kwamen de kippekes gezellig meehelpen. Een pikje langs hier, een hapje langs daar en als ze het beu werden, nestelden ze zich lekker dichtbij onder een tuinstoel.
Ik leerde weer iets nieuws bij. Kippekes kunnen ook heel gezellige beestjes zijn...










vrijdag 3 juni 2016

Leutige foto's

Nog net op de valreep een snelle blogpost op leutige vrijdag.
Ik wil jullie laten meegenieten van enkele foto's die ik kreeg van CeT.
Hij wou zijn nieuwe lens uittesten en ik wilde zo graag enkele foto's van mijn bloemetjes.
Die eeuwige regen van de laatste weken maken het de bloemen wel heel erg lastig om te bloeien.
Ze doen voorzichtig toch hun best...